Weg met greenwashing: nieuwe EU maatregelen om nepverduurzaming tegen te gaan

Duurzaamheid wordt een steeds belangrijker thema voor investeerders en consumenten. Om te bepalen in welke economische activiteiten of producten zij moeten investeren zijn er classificaties ontwikkeld, in de vorm van labels, om duurzaamheid aan te tonen. Deze labels zouden het voor hen makkelijker moeten maken om te kiezen in welke activiteit, organisatie of product ze willen investeren. Maar bieden deze labels daadwerkelijk meer hulp voor zowel de investeerder, consument als de maatschappij? Een veelvoorkomend probleem door het gebruik van labels is ‘greenwashing’: het zich groener en duurzamer voordoen dan het in werkelijkheid is. Om dit tegen te gaan introduceert de Europese Commissie de EU Taxonomie en Environmental, Social and Governance (ESG).

De voordelen van duurzaamheidslabels

Verduurzaming gaat vaak gepaard met lagere exploitatiekosten. Door energieopwekking of besparing op energieverbruik zal de energierekening lager uitvallen. Dit is een direct effect van verduurzaming. Met het behalen van een duurzaamheidslabel, behaalt een organisatie ook indirecte effecten, bijvoorbeeld imagoverbetering. Door te laten zien dat een onderneming bezig is met duurzaamheid, wordt de onderneming interessanter voor partijen die dit hoog in het vaandel hebben staan. Een logisch gevolg van het aantrekkelijker worden voor investeerders is een stijgende marktwaarde van de desbetreffende onderneming.

Daarnaast worden sommige labels door de overheid gebruikt als benchmark voor het toekennen van subsidies. Denk bijvoorbeeld aan de BREEAM-NL, een label die interessante subsidiekansen met zich meebrengt voor de gebouwde omgeving. Zodra er voldaan wordt aan een bepaald niveau van een classificatie van BREEAM-NL is het mogelijk om in aanmerking te komen voor een subsidie.

De nadelen van duurzaamheidslabels

Naast de voordelen van een duurzaamheidlabel, brengt het ook nadelen met zich mee. Labels zijn soms moeilijk te begrijpen. Zo heeft elk label een eigen meetmethode. Deze meetmethode is weer afhankelijk van factoren die verschillen per label. Voor een consument of investeerder is het onmogelijk om bewust te zijn van al deze verschillen. Hierdoor verdwaalt men gemakkelijk in het oerwoud van duurzaamheidslabels.

Een ander nadelig gevolg van het grote aanbod aan duurzaamheidslabels is greenwashing. De betekenis van sommige labels zijn onbekend of vaag, maar kunnen wel makkelijk behaald worden. Vaak zijn dit soort onduidelijke duurzaamheidslabels een marketingtruc die gebruikt worden om het imago op te poetsen. Een bedrijf oogt dan groener dan ze in werkelijkheid zijn. Dit schetst een misleidend beeld naar de consument of investeerder. Zij denken dat de onderneming of het product duurzaam is vanwege het label, maar dit blijkt in realiteit niet zo te zijn. De ondernemer profiteert vervolgens op deze manier van de voordelen van een label (beter imago), maar het maatschappelijke voordeel, in de vorm van verduurzaming, blijft uit.

De oplossing in de vorm van EU Taxonomie en ESG

De EU Taxonomie

Om de eerder genoemde risico’s tegen te gaan is de Europese Commissie de afgelopen jaren bezig geweest met een nieuw duurzaamheidslabel, genaamd de EU Taxonomie. Hiermee hoopt de Europese Commissie de wirwar en wildgroei van labels tegen te gaan en één geaccepteerde label aan te bieden in alle landen van de Europese Unie. Door duidelijke voorwaarden, welke internationaal gelijk zijn, is het makkelijker te herkennen welk bedrijf zich daadwerkelijk met duurzaamheid bezighoudt. Hiermee wordt greenwashing tegengegaan en is de verwachting dat investeerders eerder zullen investeren in daadwerkelijk duurzame ondernemingen. Met de EU taxonomie hoopt Europa dichterbij de afgesproken klimaatdoelen voor 2030 en een circulaire economie in 2050 te komen.

Wat meet de EU Taxonomie?

De EU Taxonomie meet economische activiteiten op basis van zes aspecten:

  1. Mitigatie van klimaatverandering;
  2. Adaptatie aan de klimaatverandering;
  3. Duurzaam gebruik en bescherming van water en mariene hulpbronnen;
  4. Overgang naar een circulaire economie;
  5. Preventie en bestrijding van verontreiniging; en
  6. Bescherming en herstel van de biodiversiteit en ecosystemen.

Een onderneming mag zich pas groen noemen als de activiteit aan minimaal één van deze aspecten voldoet en geen schade aan een andere milieudoelstelling aanricht.

Environmental, Social and Governance (ESG)

Op wereldwijd niveau heeft de Environmental, Social and Governance (ESG) filosofie een opmars gemaakt. Net als de EU Taxonomie is het doel van de ESG om duurzame bedrijven en activiteiten te onderscheiden en investeringen te stimuleren. Er wordt gekeken naar directe en indirecte effecten op het welzijn van anderen. Onder Environment vallen zeven criteria:

  1. Klimaatverandering en emissies;
  2. Lucht- en watervervuiling;
  3. Biodiversiteit;
  4. Ontbossing;
  5. Energie-efficiëntie;
  6. Afvalbeheer; en
  7. Waterschaarste.

Social focust met name op mensenrechten, eerlijke lonen en gemeenschapsbetrokkenheid en Governance is gericht op diversiteit, lobbyen en de managementsamenstelling aan de top van een organisatie. Transparantie is een belangrijke factor voor een ESG score. Naar verwachting wordt het verplicht om rapportages met bijbehorende methodieken omtrent ESG scores publiek te maken.

Subsidies omtrent ESG en EU taxonomie

Zowel ESG als de EU Taxonomie zijn gericht op het stimuleren van duurzaamheid binnen economische activiteiten. De verwachting is ook dat deze twee classificaties een soortgelijk middel worden als de BREEAM-NL en GPR. Dat zou betekenen dat organisaties of activiteiten met een ESG filosofie of EU Taxonomie classificering aanspraak kunnen maken op bepaalde subsidies. In 2023 wil de Europese Commissie de laatste zaken afronden voor de EU Taxonomie, mogelijk vindt de ingebruikname van de EU Taxonomie dan in 2024 plaats.

Ons advies

Momenteel wordt er al veel gebruik gemaakt van de BREEAM-NL en GPR binnen de subsidies in de gebouwde omgeving. Hier komt in de toekomst mogelijk ook de EU Taxonomie en ESG bij kijken. Wij adviseren u dan ook om hier nu al rekening mee te houden. De kans dat de EU Taxonomie en ESG door overheden binnen de EU als maatstaf gebruikt gaan worden is aanzienlijk. Een voordeel is dat er ook subsidies aan vast zullen zitten! Hoe kunt u zich nu al voorbereiden? Houdt bij projecten voortaan rekening met de ESG filosofie en de zes aspecten van de EU Taxonomie. Door dit te doen is de kans groter dat uw project al aan de belangrijkste kernwaarden van de ESG en EU Taxonomie voldoet zodra deze in werking worden gesteld.

Heeft u vragen over het artikel? Of wilt u graag sparren over hoe wij uw project klaar kunnen stomen voor de EU Taxonomie en ESG? Neem gerust contact op via d.osse@hezelburcht.com of bel naar 088 495 20 00.

Plan een vrijblijvend adviesgesprek in

contact

Wilt u graag sparren over de ontwikkelingen uit dit artikel? Of bent u benieuwd naar de subsidiemogelijkheden voor uw duurzaamheidsproject? Neem contact op door te bellen naar 088 495 20 00 of laat uw gegevens achter via onderstaand formulier: